Recensie: 'After Steve'
We zijn wat laat deze week, want we waren nog druk bezig met het uitlezen van het vorige week verschenen boek After Steve – How Apple Became A Trillion-Dollar Company and Lost Its Soul. Een boek van tech-journalist Tripp Mickle, die volgens de uitgever meer dan 200 voormalige én huidige 'executives' van Apple sprak. Het boek gaat over de periode na de dood van Steve Jobs, en volgt daarin twee hoofdpersonen: Jony Ive en Tim Cook. Mickle zet die twee eigenlijk tegenover elkaar: designer Jony Ive wordt omschreven als The Artist, CEO Tim Cook als The Operator. En met dat contrast is de toon gezet... Ive is de gevoelige artistiekeling, die ideeën als 'fragiel' omschrijft en voor wie geld nooit een rol lijkt te spelen. Tim Cook is de uiterst rationele zakenman, die geen gevoel heeft voor productontwikkeling, en voor wie het nooit efficiënt en zuinig genoeg kan.
Als je het boek leest, gaat je sympathie in eerste instantie uit naar Ive, die na de dood van Jobs vereenzaamt binnen Apple. Hij mist Jobs, die hem beschermde tegen stroperige besluitvormingsprocessen en interne strijd over de koers van Apple. Jobs bepaalde op alle fronten de koers, en liet Ive doen waar hij goed in was: ontwerpen, en freaken op de kleinste details. Als Jobs er niet meer is, moet Ive zich opeens gaan bezighouden met interne politiek, en moet hij zijn ideeën bevechten. Dat is moeilijk voor iemand die in de tijd van Jobs de luxe had om managers die problemen opwierpen bij nieuwe ideeën, simpelweg de toegang tot zijn designstudio te ontzeggen.
Een minder sexy genie
Cook komt in het boek over als degene die de ziel van Apple verloren heeft laten gaan – als je oppervlakkig leest tenminste. Onthullend is dat Cook zich binnen Apple niet bemoeit met de ontwikkeling van nieuwe producten. Hij ziet dat als iets waar hij niet goed in is, en hij wil niet in de voetsporen van zijn legendarische voorganger treden. Toch is Cook net als Ive een genie. Op een minder sexy manier weliswaar – de geniale kant van Cook zit in operations. Apple is een bizar goed georganiseerde productiemachine, die absurd veel iPhones en andere apparaten per jaar produceert. Een voorbeeld van Cooks genialiteit is de 'gele lijn' in de fabrieken van Apple. Voorraden zijn volgens Cook 'evil'... hoe minder voorraad je hebt, hoe efficiënter je opereert. Het liefst heb je géén voorraden, want alles wat je opslaat, vormt een risico. Daarom bedenkt hij de gele lijn in fabrieken. Om iPhones en Macs te kunnen maken, heb je uiteraard onderdelen nodig – je kunt ze niet uit lucht maken. Maar hoe kun je onderdelen hebben als je geen voorraden wilt hebben? Daarvoor is de gele lijn. Alle componenten liggen aan één kant van die lijn. Zolang ze daar liggen, zijn ze contractueel nog eigendom van de leverancier. Zodra de onderdelen naar de andere kant van de gele lijn worden gebracht om te worden geassembleerd, dan worden ze juridisch pas eigendom van Apple. Een briljant idee, en inmiddels veelvoorkomend in de hele industrie.
Een wereldvreemde workaholic
Als je After Steve leest, begrijp je waarom Jobs mensen als Tim Cook en Jony Ive uitkoos om mee te werken. Het zijn bijzondere mensen, met bijzondere talenten. Een beetje vreemd zijn ze ook wel. Tim Cook is een workaholic die nauwelijks een privéleven lijkt te hebben. Hij staat dagelijks rond vier uur in de ochtend op, begeeft zich dan naar de gym voor een work-out, en werkt de rest van de dag. Status interesseert hem weinig. Toen hij net bij Apple was gaan werken, kreeg hij een salaris van vier ton en een bonus van vijf ton. Desondanks reed hij dagelijks in een oude Honda Accord naar zijn werk. Het ding had vier wielen en reed – Cook zag geen reden voor iets fraaiers te gaan. Onthutsender nog is dat hij een appartementje in Palo Alto huurde dat nog het meeste weg had van een studentenkamer. Er werden bij Apple grapjes gemaakt dat er in de keuken van het flatje één bord, één vork, één mes en een beker aanwezig waren, en verder niks. Er gingen ook gerichten rond over termieten. Cook leefde in een dusdanig slonzig huis, dat Steve Jobs en Jon Rubinstein (Apple's toenmalige chef hardware engineering) uiteindelijk bij hem langs gingen voor een interventie. 'Dude, you've got to buy a house', zou Rubinstein tegen Cook hebben gezegd. Dat deed Cook uiteindelijk tien jaar nadat hij bij Apple was gaan werken.
(Frappant: toen Tim Cook CEO werd, nam Jeff Williams zijn taken als Chief Operating Officer over. Williams wordt binnen Apple ook wel Tim Cook's Tim Cook genoemd. Een goed voorbeeld: Williams reed jarenlang in een Toyota Camry naar zijn werk. Ook nog toen Apple hem in 2012 een compensatie van 69 miljoen dollar opleverde.)
Apple Car
Dit soort details over Cook en Ive maken After Steve een heel lezenswaardig boek. Beide mannen krijgen een uitgebreide introductie, over waar ze opgroeiden en hoe ze bij Apple terecht kwamen. Die achtergronden maken dat je ze veel beter begrijpt. Daarna gaat het boek voor een groot deel over de Apple Watch – het eerste grote nieuwe product van Apple na de dood van Jobs. Het is het kindje van Ive, die er zijn ziel en zaligheid in legt, maar die uiteindelijk niet kan voorkomen dat onder druk van Cook de Watch te vroeg verschijnt. De technologie is er nog net niet klaar voor; de eerste generaties zijn eigenlijk nog niet goed genoeg. Jobs had vermoedelijk gewacht, of het hele concept afgeblazen. Of wellicht had hij Apple zo hard opgeschud dat ze het onmogelijke toch voor elkaar hadden gebokst. Die eigenschap zie je ook bij Ive: in zijn ideevorming kan alles. De ideeën voor de eerste Apple Watch gaan veel verder dan wat de eerste generatie uiteindelijk kon; Ive legde de lat hoog. Een deel van het boek gaat ook over Project Titan, ofwel de Apple Car. De scène waarin Tim Cook een demonstratie krijgt van Jony Ive, is hilarisch. Ive heeft bedacht dat de Apple Car volledig stemgestuurd moet zijn. Je zegt tegen Siri wat de auto moet doen. Om dat te demonstreren gebruikt Ive een acteur, die de rol van Siri op zich neemt – want de technologie is er nog niet. Een wonderlijk toneelstukje vindt plaats, dat uiterst serieus door Ive wordt gespeeld.
Als je het leest, is het lachwekkend en misschien zelfs wel tenenkrommend. Maar dat is wat Ive bedoelt als hij zegt: ideeën zijn fragiel. En dat is waarom hij er niet tegen kon als in een brainstorm of vergadering bezwaren tegen ideeën werden geuit. En opeens denk je dan terug aan een ander fragment in het boek, waarin Ive een 'Apple Watch' in elkaar heeft laten zetten door een hartritmesensor in een iPod nano in te bouwen. Of hoe designer rondliepen met een iPhone op hun pols, die voor horloge door moest gaan, om al op een moment dat de Watch nog niet bestond te experimenteren met hoe mensen interactie hebben met een schermpje op je pols. Het begint allemaal klungelig, eigenlijk. Maar achter dat klungelige begin zit soms een briljant idee – je moet alleen door het geklungel geen durven kijken.
Zonder Steve
De titel van het boek klinkt dramatisch, vooral de woorden 'How Apple Lost Its Soul'. Maar de titel klopt wel, want die 'soul' was Steve Jobs. Hij verbond alles. Onder Jobs kon Ive de design-perfectionist zijn (van Jobs mocht dat geld kosten), terwijl Cook de vrije hand had om de hele productiemachine radicaal te stroomlijnen. Jobs was de ultieme schakel. Cook was vermoedelijk de enige die de capaciteiten had om een formidabele CEO te worden (hij maakte van Apple het meest waardevolle bedrijf ter wereld), maar hij heeft ook een aantal kwaliteiten niet... en dat zijn voor een deel de eigenschappen die te maken hebben met het creatieve proces en een visie op nieuwe producten.
Zonder Ive
Inmiddels is Jony Ive al een aantal jaren geleden vertrokken bij Apple. Hij werd in zijn laatste jaren controversiëler onder Mac-liefhebbers. Met name het steeds dunner maken van MacBooks, met het veelbesproken en slecht functionerende butterfly-keyboard als consequentie, zette kwaad bloed bij gebruikers. After Steve gaat niet in op deze Mac-perikelen – dat is een beetje jammer. Toch kun je uit het boek wel opmaken wat de achtergrond van dit alles was: Jony Ive was losgezongen van de rest. De kritische blik van Jobs was er niet meer. En daarmee was de magie verbroken.
Korreltje zout
After Steve geeft een boeiend beeld van de periode na Steve Jobs. Vaak heel gedetailleerd; Tripp Mickle geeft je het gevoel alsof je erbij bent. Dat is ook verraderlijk, want die anekdotische manier van schrijven is heel overtuigend, maar je moet je altijd afvragen of het nou ook echt klopt. Een goed voorbeeld is dit gesprekje in het boek:
Dit gaat over het ontslag van Scott Forstall, destijds degene die de leiding had over de ontwikkeling van iOS. Cook nodigt Forstall bij hem thuis uit om hem te ontslaan. Bij dat gesprekje zijn alleen Cook en Forstall aanwezig. Dus hoe weet de schrijver wat er precies is gezegd? Tim Cook heeft vast niet met Tripp Mickle gepraat. En de kans dat Scott Forstall dat (anoniem) heeft gedaan, is ook niet zo heel groot. Dus het is vooral van horen zeggen: iemand heeft van iemand anders gehoord hoe dat gesprekje ging. En die ander heeft dat weer van een ander, die het dan uiteindelijk van iemand dicht bij Cook of Forstall heeft gehoord... Is dat betrouwbaar? Het leest heerlijk, zo'n manier van vertellen. Maar je moet toch in je achterhoofd houden dat de grote lijnen vermoedelijk wel kloppen, maar dat er in de beschrijvingen ook aardig wat aannames zitten. Dat neemt niet weg dat After Steve een fascinerend portret van Cook en Ive is. Een must-read voor Apple-fans.
Ook lezen?
Digitale versies van het boek vind je op deze plekken – de prijzen lopen wat uiteen:
After Steve in Apple Books, voor € 21,99.
After Steve in de Kindle Store van Amazon, voor € 13,99.
After Steve als Kobo-boek bij Bol.com, voor € 15,99.
Het einde van het iPod-tijdperk
De iPod was een van de grote successen van Steve Jobs en Jony Ive. Het is dan ook een beetje wrang om tijdens het lezen van After Steve te worden geconfronteerd met het nieuws dat Apple de laatste iPod uit de handel neemt. De iPod touch – de laatste overgebleven iPod – wordt niet meer door Apple geproduceerd. In de Apple Store kun je ze nog wel kopen, zolang de voorraad strekt. En we weten inmiddels: dankzij Tim Cook kan die voorraad niet groot zijn. Dat blijkt ook wel: in de Nederlandse Apple Store zijn een paar uur na de bekendmaking door Apple al geen iPods met 128 of 256 GB opslagruimte meer te krijgen. Alleen de variant met een magere 32 GB is nog te bestellen. En misschien inmiddels ook al niet meer.
Tot slot... Wat zegt Jack?
Apple heeft een geschiedenis van rare designkeuzes. De PowerMac G3 all-in-one bijvoorbeeld. De PowerMac G4 Cube. De eerste generatie iBook. Dat was uiterlijk. Smaken verschillen. De obsessie met minimalisme van het vorige decennium was een stap te ver. Mooi hoor, zo’n dunne notebook, maar repareren/upgraden is een opgave. En ik ken niemand met een moderne Mac zonder een USB-C-dock. Ik werk op verschillende locaties en op elke plek ben ik tien minuten bezig om stekkertjes om te wisselen. Hoe meer poorten een mobiele Mac heeft, hoe liever ik het heb. Ik weet dat die opvatting ouderwets is, maar in doorsneewereld staan soms nog DVI- en soms zelfs VGA-monitoren. Het post-Ive Apple lijkt inderdaad weer te beseffen dat niet alleen macOS, maar ook de Mac gebruiksvriendelijk moet zijn. Ik gok dat iPhones binnen vijf generaties totaal poortloos zijn, als een 'fuck you' naar de malle Europese Commissie, maar ik hoop dat met een Mac nooit mee te maken.
– Jack Nouws, Macfundamentalist
Volgende week dinsdag verschijnt de members-only editie van MacFan. De eerstvolgende reguliere nieuwsbrief verschijnt rond 24 mei.